gedicht

Een dag

Lichten aan Klep open Vierkante lamp op de knoppen en in mijn oogen Bestekken pakken drogen en bakken Fluitend water tappen thee Lichten uit Typen meeting typen Lichten aan Klep dicht knoppen weg Bestekken borden potten pannen pakken Vuur Prikken bakken Choco en port Bestekken borden potten pannen rekken hangen Klep dicht Lichten uit Oogen sluit

Zien en Gezach

Zien Ik kon altijd overal zien En mijn gezien werdt ook gezag Maar bij dichtbij zag ik het niet meer Dus verzonnen ze verziend En mijn toekomst voorzach een ziender voor er bij Door de ziender zag ik helder Ik kon weer kijken hoe ik kook Daarom ook stop ik mijn ziender in een koker Dat maakt mijn ziender helder Zelf meer dan ik kon voorzien En nu zie ik elke dag zoals ik zag

Gochme

Gochme Gochme dat is zo’n woord wat je bijna niet hoort Je hebt het of je hebt het niet In talkshow’s op tv, een soort radio met beeld Daar wordt het weleens toebedeeld aan voetballers En dan zijn ze het meestal niet eens met elkaar Tenzij het een dood icoon betreft, dan wordt er instemmend geknikt Hmm ja dat kan je wel zeggen ja, maar wat er bedoeld wordt blijft raadselachtig

Winter 2020

In de kou Ow koning Winter waar ben je nou? Waar zijn je snijdende handen en bijtende tanden Waar is je ijs, snéuuw en gladde plas Wat moet ik met die winter jas De dode vingers en dode tenen Met noorderzon verdwenen Ow koning Winter waar was je nou Hoe worden we nu herboren zonder jouw gevroren Ow koning Winter waar was je nou Waarom laat je ons zo in de kou

Oud & nieuw werk

Oud en nieuw werk Zitting is geweest Wachten is gedaan Uikomst is gekomen Geen punt ik red me wel Maar het kruipt naar binnen Nu weet ik niet waar ik moet beginnen Welke draad pak ik op? Ik ben er, maar ook niet Druk en gehaast Kijk kort snel, dan weer afgeleid Wie ben ik zonder wat te doen Hoever rekken mijn waarden mee voor een klant Adem hoger Tranen flitsen voorbij

Een Engel

Een engel Het bestaan is als een zwart kleed voor haar Dik en zwaar, soms lichter, maar nooit af De zon komt zelden in de dalen, hoewel er heerst geen kou Ze lacht en blijft vriendelijk Je zou het niet vermoeden Ik heb het gevoel dat ze niemand de schuld geeft Ze is niet boos, het is Er wezen doet zeer, maar niemand heeft het gedaan Niemand hoeft zijn bek te houden of op te rotten

Netwerk

Netwerk van verlangen Als sliertjes van de schil op de bannaan liggen ze daar op aarde Verbonden een verre vriend met voetstappen via Rome Als ik mijn oor hier leg kan ik hem dan zien? In de sneeuw zijn het de annonieme routes als de sporen in de nevelkamer* Op het strand zie je het verhaal Een famielie zonder schoenen, zes blote kakkies Ze staan ze stil om een schelp of een krabbetje

Keuzes

Keuzes Zwart Wit Alles Niets Kleur Licht Niets Alles Keuzes De eenvoud is aantrekkelijk Maar niet het verborgen goud Zonder grijs geen foto Wanneer ben je Volwassen, en wanneer kind Kan je het verschil wel voelen Aan Uit Donker Reflectie Bron Wat is de kleur van de spiegel 👍 (like) om dat het zo erg is

Stemmingswisseling

Stemmingswisseling Hoe het komt dat maakt niet uit Je hoort iets of je ziet iets Het raakt je diepere dan je dacht Dan begit het op te vallen De plee waarin ik pis ziet er anders uit, Verder weg, veller wit, niet zo vertrouwd als anders Lopen lijkt trager, meer vermoeiend dan anders Sjokken Op de fiets shiet de kramp er in, lichaam en geest Ik wil even huilen maar mijn vrouw is er nog niet

Luister Jongen

Geniet van de dingen die je voor het eerst ziet als voetstappen in de verse sneeuw. Geniet van alle opwinding, teleurstelling en hopeloosheid die je zult voelen wanneer je iets nieuws probeert, morgen kan je het. Geniet van de volgende dag na een avond doorzakken, nu kan je het makkelijk hebben. Geniet van de afstand die je kan pissen, het wordt later minder. Geniet van de verveling als je echt niet meer weet wat je moet doen, later heet het mindfullness.

Kerst 2018

Kerst 2018 Kerstmussen zitten op een tak in een boom op de binnenplaats. Ze zijn een beetje bol, kwetteren en schudden hun veren Er komen witte rook pluimpje uit de schoorsteentjes aan de overkant Daar zitten ze er warmpjes bij Ik neem een vers gebakken bammetje roomboter en hagelslag Een taartje Het is eindelijk kerstmis wist je dat al In de oven staat de pompoen te garen voor de avond eters

Taxie Taxie Taxie

Taxie, Taxie, Taxie 9:00 Uur Twee nette casual geklede mannen leunen met de handen in de zakken tegen de voorste auto. Ze voelen zich op hun gemak, dit is hun terein hier zijn zei de baas. Een wat ronde man staat voor ze en praat met veel gebaren, waarbij hij zijn gewicht van zijn linker naar zijn rechter been verplaatst. Het verraad een lichte opwinding. Zijn handen gaan van tegen zijn slapen als oogkleppen, naar in zijn zakken,

Lucht matras

Lucht matras Vrouw stapt uit bed. Op de plaatsss . . . rust Kont op de grond. Vrouw stapt weer in bed. Geef . . . acht Kont weer van de grond.

Verlangen

Verlangen is het gevoel van een grijze wolk die bij iedere adem tussen je buik en hart beweegt Nee verlangen is met beide handen de gordijnen open zwiepen te kunnen kijken en gezien worden Nee Verlangen is met je hersens tegelijk te zenden en ontvangen. Zonder “over” te hoeven roepen Nee Verlangen maakt kwetsbaar, vragend, maar geeft sterk richting Hoe zeg je het, zonder bouquet reeks teksten Kom tot mij? wees bij mij?

Ze komen en gaan

Hij sprint uit de auto en laat de laadklep neer Als een aapje klimt hij op de klep Net voor hij zijn hoofd stoot buigt hij de bovenste klep omhoog Het ruim staat nu open Hij verdwijnt er in Ik weet al wat er straks uit komt Een kar met strak opgevouwen laken in stoffen zakken als zachte blokken op elkaar Ik kan ze ruiken en ik voel de stugge stevigheid van de pakketten

De Camping baal

De Camping baal Daar zit hij op een tak Te slapen of nee, te waken Turend met zijn oren Dan is daar het moment, het geluid uit de duisternis, waar hij op zit te wachten. Zzzziiipppp…. .. (het nachtelijk plassen) .. Zzzzziiiipppp…. Nee nu nog niet, wachten, wachtend tot het juiste moment Hij kan zijn lachen haast niet houwen. Trrrrlliiie piep zijn pootje rond zijn snavel Zouden ze nu weer bijna slapen?

Forensen

Kijken uit het raam waar ik tegenaan gedrukt wordt Ik wis weg de mist Daar, ik fiets De bomen ik ken ze De rafelranden van het zwart Het nat in de sporen De plassen ik weet ze bij naam Heerlijkheid fris en ruim Daar naar links en binnenlangs rechts Bam! Vol die dijk op knallen We stoppen er moeten meer mensen bij In de trein

Nat

Lycra over lycra Schoenen over schoenen over handen Dood zijn de toppen dood zijn de tenen steken in de schenen Bij hagel hoofd afwenden Daar blijf je droog Toch Nat vanuit de plooien Thuis Tanden op elkaar ontdooien En na het eten alles vergeten Morgen weer een keer

Nooit alleen

Voorovergebogen, zwaar verzet Onzichtbare vlagen Te meten als bar Spreek moed houd druk ontspan Daar gaat mijn andere ik Schuilend voor de zon Wriemelend door de berm Net zo snel en on-verslagen Wat als hij wint Mijn zwarte kind

Thuis

Pegel aan de punt Diep in de beugels Volg ik het licht Naar huis 52x13 draaien draaien draaien ik ben thuis